De architectuur van de Consoletafel "One" is onverwacht, uniek en in sommige opzichten onvolmaakt. Hij is samengesteld als een stapel elementen die niet op elkaar passen en alsof elk element op onverwachte wijze is verschoven. Ze zijn geplaatst alsof ze niet meer op de plaats zijn die je zou verwachten, alsof ze zijn afgedreven van hun oorspronkelijke positie.

Deze consoletafel wordt ook gekenmerkt door een opening, een gat dat een lichtspel mogelijk maakt tussen de twee elementen die de basis vormen. Een opening tussen de twee gebogen modules die als poten fungeren. Ze bevinden zich dicht genoeg bij elkaar om een spanning en een discussie te genereren binnen het stuk zelf.

Bovendien zijn de twee poten in zekere zin tegengesteld, haaks op elkaar geplaatst, waardoor een visuele instabiliteit ontstaat, maar ook een onverwachte en enigszins discordante dynamiek. Tegelijkertijd geeft het samenspel van de poten richting aan de consoletafel en dus aan de ruimte waarin hij wordt gebruikt. Als je hem omdraait, verandert uiteraard de richting van de consoletafel!

Hoewel de architectuur van deze consoletafel zeer gecontroleerd is, lijkt deze het resultaat te zijn van het stapelen en in elkaar zetten van stukken die niet bedoeld zijn om samen te gaan, een beetje zoals hunebedden die zijn gemaakt door het stapelen van ongelijksoortige stenen die in de omgeving zijn verzameld. Maar het zijn juist deze eigenaardigheden die het stuk zijn rijkdom, zijn unieke en onverwachte karakter geven.